Als de lens troebel wordt, noemen we dit staar of cataract. Bij een staaroperatie wordt uw eigen troebele lens vervangen door een kunstlens. Enkele maanden of jaren na de staaroperatie kan het lenszakje waar de kunstlens in zit, troebel worden. Niet de lens zelf. Dit komt omdat cellen van uw eigen lens in het oog zijn achtergebleven, deze gaan groeien en gaan een dun, ondoorzichtig laagje veroorzaken. Deze troebeling heet nastaar. U merkt dit doordat uw gezichtsvermogen ten opzichte van de tijd vlak na de staaroperatie wat achteruit gaat. Bij tot 50% van de mensen die aan staar geopereerd zijn, kan nastaar voorkomen.
Symptomen
De symptomen van nastaar zijn ongeveer dezelfde als bij staar zelf. Het kan daarom lijken alsof de staar weer terugkomt. Typische symptomen bij nastaar zijn:
- Langzaam waziger zicht
- Dubbelzicht met 1 oog
- Schittering in het oog bij fel licht
Behandeling
Met een speciale laser kan de oogarts, zonder in het oog te snijden, een heldere opening maken in het vertroebelde kapsel. Deze behandeling vindt plaats op de polikliniek in Terneuzen en duurt meestal 5-10 minuten. De laserbehandeling is pijnloos en veilig. U krijgt voorafgaand aan de behandeling pupil verwijdende en verdovende druppels in het oog. Na ongeveer 30 minuten zijn de druppels goed ingewerkt en zal de oogarts u kunnen behandelen. De behandeling vindt plaats in een donkere ruimte. U zit op een stoel, waarbij u plaats neemt met uw kin op de kinsteun en uw voorhoofd tegen de hoofdband. Het is belangrijk dat u tijdens de behandeling goed stil zit. De oogarts plaatst een kleine contactlens op uw oog, waarna de behandeling kan beginnen. Door de felle laserlichten en de oogdruppels ziet u de eerste 2 uur na het laseren minder goed. U wordt geadviseerd een begeleider mee te nemen of iemand die kan autorijden, omdat u niet goed kunt zien na de behandeling. Bij zonnig weer is het verstandig om een zonnebril te dragen na de behandeling.
Voor de behandeling
Op de dag van de behandeling kunt u uw eigen medicatie en oogdruppels blijven gebruiken. Een uitzondering hierop zijn de druppels die een vernauwing van de pupil geven, bv. Pilocarpine. Overleg bij twijfel altijd met de oogarts.
Na de behandeling
Na de behandeling gelden geen specifieke leefregels. Als u voor de behandeling al oogdruppels gebruikte, dan moet u deze na de behandeling gewoon blijven gebruiken. Er wordt meestal geen nieuwe controleafspraak ingepland. Bij problemen kunt u contact opnemen met de polikliniek oogheelkunde.
Complicaties
Direct na de behandeling kunt u een aantal kleine zwarte meebewegende vlekjes zien. Deze vlekjes zijn resten van het lenszakje en verdwijnen vanzelf na enkele dagen. In uitzonderlijke gevallen bestaat er een kans op netvliesloslating en op een verhoogde oogdruk.
Nemen de vlekjes toe, ziet u lichtflitsen of is het alsof u tegen een gordijn aankijkt, dan kan het zijn dat er iets mis is met uw netvlies. Neem in dat geval contact op met de polikliniek oogheelkunde.
Meer informatie
Indien u vragen heeft over uw (vervolg)afspraken, diagnose of behandeling, dan kunt u contact opnemen met de oogpoli op het nummer: 0115-688488. Dit kan van maandag t/m vrijdag tussen 8.00 en 17.00 uur.
Augustus 2020
