Een CT-scanner is een röntgenapparaat waarin de röntgenbuis heel snel rondom het lichaam draait. Het maakt opnames van het lichaamsdeel dat gescand wordt. Daarna maakt de computer van al die opnames doorsnedes van het lichaamsdeel, een CT-scan.
Voorbereiding
Eten en drinken
- U blijft nuchter 4 uur voor het onderzoek (niet roken, niet eten, niet drinken), wanneer u medicatie moet innemen mag dit enkel met een klein beetje water
- U drinkt een fles Joxitalamaat (deze fles heeft u opgehaald op de afdeling Radiologie), 1 uur voor het onderzoek (u mag de contrast-drank aanvullen met limonadesiroop om de smaak aangenamer te maken).
AANPAK
- 1 uur voor de start van het CT-onderzoek dient er 1 flesje Joxitalimaat gedronken te worden. Hierbij is het belangrijk om dit flesje te verdunnen met 0,75 liter water, zodat u een liter moet drinken als voorbereiding.
- In het totaal drinkt u 1 liter vloeistof. U drinkt ieder kwartier 250 ml.
- Het is niet de bedoeling dat eerst het flesje contrastmiddel gedronken wordt en daarna pas het water. Dit product dient verdund te worden voor de optimale voorbereiding voor het onderzoek.
- Hierbij dient een uur voor de aanvangstijd van de CT-scan mee gestart te worden. Probeer de te drinken hoeveelheid te verdelen over het uur dat gedronken moet worden.
- Een volle blaas hoeft u niet te sparen.
Tip: giet het flesje Joxitalimaat in een maatbeker en vul het aan tot een liter, zodat de vloeistof optimaal verdund is.
Kleding
Het is voor u en voor onze medewerkers prettig wanneer u kleding aan hebt waarin u zich makkelijk kunt bewegen en die u makkelijk aan en uit kunt trekken. Over het algemeen hoeft u zich niet uit of om te kleden voor het onderzoek. Alleen sieraden, piercings, bh-beugels, ritsen of knopen moeten soms uit of af. Metaal verstoort namelijk het beeld van de scanner. Krijgt u een CT-scan van de buik? Houd er dan rekening mee dat we u vragen om de broek iets te laten zakken om zo de knoop en rits buiten de scan te houden.
Medicijnen
Over het algemeen kunt u uw medicijnen op de gebruikelijke manier en tijd innemen. Kan dat niet, dan hoort u dit van tevoren van uw behandelend arts.
Bent u zwanger?
Röntgenstraling kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind. Bespreek dan met uw behandelend arts of het onderzoek kan worden uitgesteld. Daarnaast meldt u dit óók altijd aan de laborant(e), voorafgaand aan het onderzoek.
Wat moet u meenemen?
Neem de papieren mee die u van ons of de huisarts heeft gekregen. Bent u niet bekend in dit ziekenhuis? Schrijf u dan in aan de receptie bij de hoofdingang. Hiervoor dient u een geldig identiteitsbewijs mee te nemen.
Dag van het onderzoek
Meld bijzonderheden vooraf
Laat het ons weten wanneer u een lichamelijke beperking of handicap hebt. Zo kunnen we als het nodig is extra tijd inplannen voor uw onderzoek.
Het onderzoek
Vanuit de wachtkamer komt een radiodiagnostisch laborant u halen en neemt een paar korte vragen met u door. In de onderzoekskamer komt u op een smalle tafel te liggen, meestal op de rug. Er wordt een infuus geprikt en/of contrastmiddel in de anus toegediend. Tijdens het onderzoek schuift de tafel langzaam door de opening van de CT-scanner. Een gedeelte van uw lichaam ligt dus een korte tijd in de opening van de scanner. In deze buis bevindt zich de röntgenbuis die om u heen draait. Hier merkt u niet veel van.
De laborant bedient de scanner vanuit de aangrenzende ruimte en spreekt met u via een intercom. Tijdens de scan kan de laborant u horen en zien. De laborant maakt enkele scans die steeds een aantal seconden duren en kan u daarbij ook vragen om even de adem in te houden.
Duur van het onderzoek
Het maken van een CT-scan duurt ongeveer 15 minuten.
Na het onderzoek
Nazorg
Na het onderzoek is het belangrijk dat u wat extra (2 glazen) water drinkt. Hierdoor plast u de contrastvloeistof sneller uit, dit is beter voor de nieren.
Uitslag
U krijgt de uitslag niet meteen te horen. De uitslag komt terecht bij uw behandelend arts. Deze zal de uitslag met u bespreken bij de volgende afspraak.
Algemene info
Contrastmiddel
Om bloedvaten en organen beter zichtbaar te maken wordt er bij een CT-scan gebruik gemaakt van contrastvloeistof. Om u deze vloeistof toe te dienen wordt er door de laborant een infuus geprikt. Tijdens het onderzoek krijgt u door dit infuus contrastvloeistof toegediend. Van deze vloeistof kunt u het warm krijgen. Ook kan deze vloeistof een vieze smaak in de keel geven of het gevoel dat u in de broek plast. Dit gebeurt niet echt, dit is een gevoel.
Bij dit onderzoeken wordt er vooraf aan u gevraagd om water te drinken. Om het laatste stuk van uw darm ook goed van de organen te kunnen onderscheiden wordt er soms op aanvraag van de Radioloog nog wat contrastvloeistof via een dun slangetje in de anus gebracht.
Overgevoelig voor (jodiumhoudend) contrastmiddel
Bij een klein aantal patiënten treedt een allergische reactie op, waar in de meeste gevallen geen behandeling voor nodig is. Hebt u ooit zo’n reactie gehad of bent u allergisch voor jodiumhoudende middelen? Meld dit dan van tevoren bij uw behandelend arts en bij de radiodiagnostisch laborant.
Als u bekend bent met een allergie voor jodiumhoudend contrast, dan krijgt u van uw behandelend arts ruim voor het onderzoek medicijnen, die een allergische reactie helpen voorkomen.
Contrastmiddel en de nieren
Bij een CT-onderzoek met contrastmiddel kijken we voor het onderzoek altijd hoe uw nieren werken. De behandelend arts kijkt hiervoor naar de nierfunctie in het bloed. Wanneer uw nierfunctie verminderd is, dienen we vooraf via een infuus extra vocht toe ter bescherming van de nieren. De behandeld arts zal dit indien nodig, vooraf met u bespreken. Het is belangrijk dat u de dag voor het onderzoek en de dag na het onderzoek extra water drinkt, max 2 glazen.
Vanaf 6 januari 2025 tot 30 april 2025 kan u gebruik maken van plaszakken. Voor meer informatie zie onderstaande folder.