Deze informatie is bedoeld voor familie en betrokkenen van de patiënt met acuut optredende verwardheid. Een andere naam voor acute verwardheid is “delier” of “delirium”. Hier spreken we over acute verwardheid. U kunt hier lezen wat acute verwardheid is en waaruit het bestaat. Daarnaast staat beschreven wat u voor uw partner of familielid kunt betekenen.
Wat is acute verwardheid?
Uw familielid is opgenomen in ons ziekenhuis vanwege een ziekte, ongeval en/of operatie. Zoals u waarschijnlijk gemerkt heeft, reageert uw familielid anders de afgelopen dagen. Mogelijk bent u geschrokken van de toestand waarin u hem aantrof. Daarom vinden wij het belangrijk u goed te informeren over dit voor u “vreemde gedrag”. Acute verwardheid kan vele oorzaken hebben. De oorzaak kan eigenlijk in alles liggen dat het natuurlijk evenwicht verstoort. Mogelijke oorzaken zijn bijvoorbeeld operaties of ziekten aan het hart of de longen. Ook kan een ongeluk (hersenschudding, gebroken heup), infecties, medicijngebruik, stress, overmatig alcoholgebruik, angst of slaaptekort bijdragen aan het ontstaan van acute verwardheid. Mensen die ouder zijn dan 65 jaar hebben een verhoogd risico om acuut verward te raken. Bij jongere mensen wijst een delier op een ernstig onderliggend ziektebeeld, bijvoorbeeld alcoholisme. De verwardheid van uw familielid is bijna altijd van tijdelijke aard. Als de lichamelijke toestand verbetert dan neemt de verwardheid af. De periode van verwardheid kan variëren van enkele dagen tot weken. Dit is afhankelijk van de ernst van de lichamelijke toestand, leeftijd en algehele conditie van uw familielid.
Verschijnselen van acute verwardheid
Degene die u in zijn normale doen kent, is nu onrustig, kan zich niet goed concentreren en kan slecht een gesprek voeren. Hij begrijpt u niet en denkt vaak op een andere plaats te zijn. Hij raakt de greep op zichzelf en zijn omgeving kwijt. Dat kan hem beangstigen. De reactie daarop kan zijn: waakzaamheid, achterdocht of zelfs agressief gedrag vertonen. Daarentegen kan hij zich ook stilletjes terugtrekken. Uw familielid is niet zo helder als normaal, het lijkt alsof hij in een soort droomtoestand verkeert. Misschien heeft u net iets verteld wat hij in korte tijd alweer vergeten is. Het is belangrijk dat u zich realiseert dat dit niet bewust gebeurt. In deze situatie kan het geheugen iemand in de steek laten. Met name informatie of dingen die kort geleden gebeurd zijn, kan uw familielid zich niet meer herinneren. Uw familielid kan de werkelijkheid anders ervaren. Hij ziet, hoort of ruikt dingen die er niet zijn. Hij kan bijvoorbeeld beestjes zien, stemmen of andere geluiden horen. Voor uw familielid zijn de beestjes of geluiden er echt. Probeer niet dit uit het hoofd te praten. Uw familielid kan erg onrustig zijn, plukt aan de lakens, verbanden of infusen. Hij wil steeds uit bed, ook als dit niet mogelijk is.
Waar bestaat de behandeling uit?
Het is van belang om zo snel mogelijk de oorzaak van de acute verwardheid op te zoeken en zo mogelijk te behandelen. Op verzoek van de hoofdbehandelaar kan de geriater of psychiater uw familielid onderzoeken en proberen de mogelijke oorzaak vast te stellen en behandeladviezen te geven. Een behandeladvies kan bijvoorbeeld inhouden om antibiotica te gaan geven, een infuus of medicatie te veranderen. Daarnaast kan het zinvol zijn om medicijnen te geven om de verschijnselen van de verwardheid te verminderen. Verder is het belangrijk dat er regelmatig contact is met uw familielid en dat hij zo vaak als nodig gerustgesteld wordt en uitleg krijgt.
Wat kunt u doen?
In het contact met uw familielid is een aantal punten belangrijk. Als u de navolgende adviezen volgt, kan het contact verbeteren.
- Aanwezigheid van een bekende is erg belangrijk, door de aanwezigheid van bekenden kan uw familielid zich veiliger en rustiger voelen. Uw aanwezigheid en simpelweg zijn hand vasthouden kan al geruststellend en steunend zijn. Zo mogelijk komt u wat vaker op bezoek, buiten de gebruikelijke bezoektijden. Om vermoeidheid te voorkomen kan het van belang zijn te overleggen met de verpleegkundige over hoe vaak, hoelang en hoeveel bezoek mogelijk is.
- Als u op bezoek komt, zegt dan wie u bent, waarom u komt en herhaal dit zo nodig.
- Vertel uw familielid dat hij ziek is en in het ziekenhuis ligt.
- Kom niet met teveel mensen tegelijk op bezoek en vermijd dat er meerdere gesprekken door elkaar heen lopen.
- Als u toch met meerdere personen komt, ga dan zoveel mogelijk aan één kant van het bed zitten zodat uw familielid zich op één kant kan richten.
- Zorg ervoor dat hij zo nodig zijn bril en/of gehoorapparaat draagt.
- Spreek rustig en in kort duidelijke zinnen. Stel eenvoudige vragen, bijvoorbeeld: “Heeft u goed geslapen?” en niet “Heeft u goed geslapen of was u vaak wakker?
- Stel geen vragen over recent verleden, praat over het nu of over het verre verleden.
- Het is beter voor uw familielid dat u niet meegaat in de waanideeën of die dingen die hij hoort of ziet maar er niet zijn. Probeer uw familielid niet tegen te spreken maar probeer zo mogelijk duidelijk te maken dat uw waarneming anders is. Maak er geen strijd van.
- Praat over bestaande personen en echte gebeurtenissen. Probeer uw familielid bij het hier en nu te betrekken. U kunt de krant meenemen en er stukjes uit voorlezen.
- Breng vertrouwde voorwerpen mee. U kunt bijvoorbeeld van thuis een foto met familieleden meenemen en andere bekende spulletjes. Een klokje en/of kalender kan helpen ter oriëntatie.
- Vertel wanneer u weggaat en wanneer u terugkomt of wie er na u komt. Schrijf dit eventueel voor hem op.
Vragen
Als u vragen heeft kunt u die gerust aan de verpleegkundigen van de afdeling stellen. Zij zullen u zo goed en duidelijk mogelijk informatie verstrekken. Eventueel kunnen zij vragen of de verpleegkundige van de afdeling Geriatrie of de consultatief psychiatrisch verpleegkundige (cpv-er) met u contact opneemt.
November 2024