Een CT-scanner is een röntgenapparaat waarin de röntgenbuis heel snel rondom het lichaam draait. Het maakt opnames van het lichaamsdeel dat gescand wordt. Daarna maakt de computer van al die opnames doorsnedes van het lichaamsdeel, een CT-scan.
MRI is een afkorting van het Engelse begrip Magnetic Resonance Imaging. Met behulp van een zeer sterk magnetisch veld en radiogolven worden signalen in het lichaam opgewekt. Deze signalen worden door een antenne opgevangen en door een computer in beelden vertaald.
Een MRI-scan bestaat uit een lange, smalle tunnel en een onderzoekstafel.
Kom op tijd
We verzoeken u 15 minuten voor aanvang van het onderzoek aanwezig te zijn.
Voorbereiding
Eten en drinken
- Voor een CT-scan met contrastmiddel mag u 4 uur van tevoren niks meer eten of drinken.
- Echter mag 1 uur van tevoren voor het onderzoek starten met het drinken van water. In totaal dient 1 liter water te worden gedronken; ieder kwartier 250 ml. Belangrijk bij uw voorbereiding is dat het water verdeeld over het uur wordt gedronken.
- U kunt medicijnen gewoon (met water) innemen als dat nodig is.
Lees onderstaande richtlijnen goed door
Deze richtlijnen zijn van belang voor een optimaal onderzoek en zijn ook beslissend voor het al dan niet doorgaan van het onderzoek.
Mag/kan u in de MRI?
- Patiënten met een bepaalde pacemaker of neurostimulator kunnen geen MRI-onderzoek ondergaan. Ook dragers van sommige metalen prothesen, geïmplanteerde apparaten, vaatclips in het hoofd en dergelijke, kunnen soms niet worden onderzocht in de MRI. Als u één van deze voorwerpen heeft, meldt dit dan ruim van tevoren aan uw behandelend arts of de afdeling Radiologie. Dan kan worden bepaald of het onderzoek wel of niet mogelijk is.
- Metaalbewerkers en lassers hebben soms kleine metaalsplinters in het oog. Deze splinters kunnen het oog beschadigen als u in de MRI komt. Is de mogelijkheid aanwezig dat u metaalsplinters in uw ogen heeft, wilt u dit dan ruim van tevoren aangeven bij de afdeling Radiologie? We maken dan eerst een röntgenfoto om de aanwezigheid van eventuele metaalsplinters uit te sluiten.
- Claustrofobie? Het MRI-apparaat heeft een beperkte ruimte waarin het onderzoek plaatsvindt. Als u angstig bent in kleine ruimtes, meldt dat dan zo spoedig mogelijk bij uw behandelend arts, deze kan zo nodig actie ondernemen. Eventueel kan er een afspraak worden gemaakt om vooraf het apparaat te bekijken. Ook wordt aanvullende zorg aangeboden in de vorm van aromatherapie, dit ter ondersteuning van spanning, stress of angst. Het is soms ook mogelijk dat een persoon gedurende het onderzoek bij u in de kamer blijft. Deze persoon mag dan geen pacemaker en/of andere geïmplanteerde apparaten hebben.
Voorwerpen en bezittingen
- Door het magnetische veld is het noodzakelijk dat alle metalen of magnetische voorwerpen buiten de onderzoeksruimte blijven, (bijvoorbeeld haarspelden, sieraden, horloge, GSM, muntgeld, (bank)pasjes, gebitsprotheses en gehoorapparaten e.d.). U kunt deze voorwerpen achterlaten in de kleedruimte.
- Wij adviseren u, indien mogelijk, waardevolle bezittingen thuis te laten.
- Indien (onderhuidse) piercings niet uit kunnen in het scangebied, kan het onderzoek niet doorgaan.
Verzorging en kleding
- Draagt u een haarwerk, dan vragen wij u deze voor het onderzoek af te zetten, deze bevatten metaaldeeltjes en kunnen de MRI-beelden verstoren.
- Trek op de dag van het onderzoek makkelijk zittende kleding aan, waar geen metaal aan zit (ritssluitingen, beugel van de beha etc). U kunt deze kleding ook meenemen naar het ziekenhuis en u in de kleedkamer omkleden.
Medicijnen
- Over het algemeen kunt u uw medicijnen op de gebruikelijke manier en tijd innemen. Kan dat niet, dan hoort u dit van tevoren van uw behandelend arts.
- Medicatiepleisters moeten voor het onderzoek verwijderd worden.
Bent u zwanger of zou u dit kunnen zijn?
Hoewel er geen bewijs is dat een MRI-onderzoek schadelijk is voor het ongeboren kind, doen we in de eerste 12 weken van de zwangerschap liever geen MRI-onderzoek. Bespreek dan met uw behandelend arts of het onderzoek kan worden uitgesteld. Daarnaast meldt u dit óók altijd aan de laborant(e), voorafgaand aan het onderzoek.
De dag van het onderzoek
Waar moet u zich melden?
Bij aankomst op de afdeling Radiologie dient u zich te melden bij een van de medewerkers aan de balie. Zij vertellen u voor welke deur u plaats mag nemen.
Het CT-onderzoek
Vanuit de wachtkamer komt een radiodiagnostisch laborant u halen en neemt een paar korte vragen met u door. In de onderzoekskamer komt u op een smalle tafel te liggen, meestal op de rug. Er wordt een infuus geprikt en/of contrastmiddel in de anus toegediend. Tijdens het onderzoek schuift de tafel langzaam door de opening van de CT-scanner. Een gedeelte van uw lichaam ligt dus een korte tijd in de opening van de scanner. In deze buis bevindt zich de röntgenbuis die om u heen draait. Hier merkt u niet veel van.
De laborant bedient de scanner vanuit de aangrenzende ruimte en spreekt met u via een intercom. Tijdens de scan kan de laborant u horen en zien. De laborant maakt enkele scans die steeds een aantal seconden duren en kan u daarbij ook vragen om even de adem in te houden.
Duur van het CT-onderzoek
Het maken van een CT-scan duurt ongeveer 15 minuten.
Net voor het MRI-onderzoek
- U kunt tijdens het onderzoek naar de radio luisteren. Het is ook mogelijk om naar uw eigen muziek te luisteren. Hiervoor kunt u een eigen CD meenemen.
- Neem de ingevulde vragenlijst (zie laatste pagina) mee naar het ziekenhuis. Deze vragen zijn van groot belang of uw MRI al dan niet kan doorgaan. Indien u één van de vragen met ja heeft beantwoord, graag contact opnemen met de afdeling Radiologie op het nummer (0115) 688433 en hou het merk en typenummer van uw implantaat bij de hand indien van toepassing.
- Als u in de MRI-scanner ligt, hoort u kloppende, borende geluiden, afwisselend in sterkte. Het is mogelijk dat u trillingen voelt, of dat een licht tot uitgesproken warmtegevoel optreedt. Dit is normaal en ongevaarlijk. Om uw gehoor te beschermen krijgt u een koptelefoon op en oordoppen in.
Hoe wordt het MRI-onderzoek uitgevoerd?
Wanneer u aan de beurt bent voor het onderzoek, haalt een laborant u op. In de kleedkamer kunt u zich uit- of omkleden; alle kleding waar metaal in zit, moet uit. De laborant zal uw screeningsformulier met u doornemen. In de MRI-ruimte wordt u verzocht op de onderzoekstafel plaats te nemen. In uw hand krijgt u een ballonnetje, waar u in geval van nood in kunt knijpen om de laborant te waarschuwen.
Als u in de juiste positie ligt, schuift de laborant u in een soort tunnel. De tunnel is aan beide zijden open. De laborant bedient het MRI-apparaat vanuit de aangrenzende ruimte en houdt u via het raam in de gaten. Het is van groot belang dat u tijdens het onderzoek zo stil en ontspannen mogelijk blijft liggen. Het onderzoek kan mislukken als u beweegt.
Hoelang duurt het MRI-onderzoek?
Het onderzoek duurt ongeveer 30 minuten.
Na het CT-onderzoek
Nazorg
Na het onderzoek is het belangrijk dat u wat extra (2 glazen) water drinkt. Hierdoor plast u de contrastvloeistof sneller uit, dit is beter voor de nieren.
Als alle opnamen gemaakt zijn, is het onderzoek klaar. De laborant begeleidt u naar de kleedruimte, waar u zich weer kunt aankleden.
Uitslag
U krijgt de uitslag niet meteen te horen. De uitslag komt terecht bij uw behandelend arts. Deze zal de uitslag met u bespreken bij de volgende afspraak.
Algemene info
Contrastmiddel
Om bloedvaten en organen beter zichtbaar te maken wordt er bij een CT-scan gebruik gemaakt van contrastvloeistof. Om u deze vloeistof toe te dienen wordt er door de laborant een infuus geprikt. Tijdens het onderzoek krijgt u door dit infuus contrastvloeistof toegediend. Van deze vloeistof kunt u het warm krijgen. Ook kan deze vloeistof een vieze smaak in de keel geven of het gevoel dat u in de broek plast. Dit gebeurt niet echt, dit is een gevoel.
Bij dit onderzoeken wordt er vooraf aan u gevraagd om water te drinken. Om het laatste stuk van uw darm ook goed van de organen te kunnen onderscheiden wordt er soms op aanvraag van de Radioloog nog wat contrastvloeistof via een dun slangetje in de anus gebracht.
Overgevoelig voor (jodiumhoudend) contrastmiddel
Bij een klein aantal patiënten treedt een allergische reactie op, waar in de meeste gevallen geen behandeling voor nodig is. Hebt u ooit zo’n reactie gehad of bent u allergisch voor jodiumhoudende middelen? Meld dit dan van tevoren bij uw behandelend arts en bij de radiodiagnostisch laborant.
Als u bekend bent met een allergie voor jodiumhoudend contrast, dan krijgt u van uw behandelend arts ruim voor het onderzoek medicijnen, die een allergische reactie helpen voorkomen.
Contrastmiddel en de nieren
Bij een CT-onderzoek met contrastmiddel kijken we voor het onderzoek altijd hoe uw nieren werken. De behandelend arts kijkt hiervoor naar de nierfunctie in het bloed. Wanneer uw nierfunctie verminderd is, dienen we vooraf via een infuus extra vocht toe ter bescherming van de nieren. De behandeld arts zal dit indien nodig, vooraf met u bespreken.
Het is belangrijk dat u de dag voor het onderzoek en de dag na het onderzoek extra water drinkt, max 2 glazen.
Juni 2024