Deze folder is bedoeld om uw kind zo goed mogelijk voor te bereiden op het toedienen van lachgas bij een vervelend, kortdurend onderzoek of behandeling.
Wat is lachgas?
Wat we toedienen is een mengsel van lachgas en zuurstof. Uw kind ademt dit in via een kapje. Het mengsel werkt pijnstillend, kalmerend, ontspannend en kan soms een gevoel van overdreven vrolijkheid geven. We dienen het preventief toe, bij een vervelend kortdurend onderzoek of behandeling. Door lachgas toe te dienen wordt het “hardhandig” vasthouden van patiënten zo veel mogelijk voorkomen. Wij kunnen lachgas toedienen bij kinderen vanaf 2 jaar bij:
- Afname van bloed (prikken)
- Inbrengen van een infuus
- Keel- en oor inspectie
- Plaatsen van een maagsonde
- Het verwijderen van hechtingen
- Het vervangen van gips
- Radiologische onderzoeken
- Het verwijderen van een wonddrain
- Een lumbaalpunctie
- Het verzorgen van (brand) wonden
- Het inbrengen van een blaaskatheter.
Wat kunt u verwachten als uw kind lachgas krijgt?
- Wij leggen uw kind vooraf uit hoe een en ander in zijn werk zal gaan.
- Het kapje wordt getoond en aangemeten voor een goede toediening van het lachgas. Dit kapje passen we eerst over de neus en mond van uw kind. Daarna vragen we uw kind om te proberen om de hand van de verpleegkundige of dokter zo hard mogelijk weg te blazen.
- Bij voorkeur wordt het lachgas niet kort na een maaltijd toegediend.
- Lachgas wordt op een kamer op de Spoedeisende Hulp toegediend en komt uit een grote fles die hier aanwezig is.
- Uw kind mag op bed of op een onderzoeksbank gaan liggen.
- Als ouder mag u er altijd bij zijn. We spreken met u af wat er van u verwacht wordt tijdens de handeling.
- Als alles klaar staat krijgt uw kind het kapje voor zijn/haar mond en neus en mag het rustig in- en uitademen. Dit maakt een zoemend/sissend geluid.
- Na ongeveer 5 minuten werkt het lachgas goed en kunt u de volgende effecten zien bij uw kind:
- Uw kind ontspant en wordt kalm;
- Soms krijgt het lachaanvallen (makkelijk op te wekken);
- Het kind kan het gevoel hebben dat het droomt;
- Uw kind kan iets voelen van de behandeling, maar ervaart het niet als vervelend.
- Het kind is de pijnlijke behandeling nadien vergeten.
- Zeldzame effecten:
- Horen van vervormde, verre klanken;
- Dubbel of troebel zien;
- Prikken in de mond;
- Warmte en zweven en/of een zwaartegevoel.
Bij ieder kind werkt het lachgas verschillend. Bij het ene kind heeft het beter effect dan bij het andere. Het lachgas werkt beter als uw kind rustiger is en zich er aan overgeeft. Na 5 minuten werkt het lachgas goed en beginnen we met de behandeling. Als het lachgas geen tot weinig effect heeft dan stoppen we de toediening. Het is belangrijk dat er één persoon tegen uw kind praat, zodat het kind zich daarop kan concentreren. Verder is rust in de omgeving belangrijk met niet al te veel prikkels. Afleiding is wel erg belangrijk, zoals een verhaaltje vertellen, liedjes zingen, bellen blazen, tv kijken enz. Als de behandeling klaar is, stoppen we de toediening van lachgas en krijgt uw kind nog een aantal minuten een kapje zuurstof. Na een aantal minuten is de werking van het lachgas verdwenen en kan uw kind uit bed of van de kamer af.
Wie dient het lachgas toe?
De toediening van lachgas wordt gedaan door een verpleegkundige of arts. Er is vaak ook een pedagogisch medewerker bij om uw kind bij te staan en afleiding te geven.